Wij hebben een alibi!.Wij weten van niks, niets, nada, nul. Wij hebben het niet gedaan, wij hebben een alibi. Wij waren in het Oosterpark, aan het volleyballen. Wij weten niks van die conciërge. Wij hebben dat raam niet ingeslagen, waarna we de beste man tegen niet tegen kwamen. Wij hebben de bal niet teruggepakt uit de sporthal. Wij weten, dat we het niet weten, en dan weet je eigenlijk, heel veel.