Denk nu even niet aan een roze olifant. En tada, je dacht zojuist aan een roze olifant! Zo werkt het met coachen ook. “Niet verliezen!” en “Niet op nummer 26 spelen!”, zijn veel gehoorde zinnen tijdens het coachen. Zonde, want het woord ‘niet’ valt weg; de vertaalslag is onbegrijpelijk voor onze hersenen. ‘Niet’ komt niet aan, hou je dus over: ‘verliezen’ en ‘op nummer 26 spelen’. Je bereikt tijdens je coaching dus precies het tegenovergestelde van wat je wel wil!

Niet wel te gebruiken
Als je tijdens een wedstrijd roept dat ‘het een moeilijke bal was’, had je de mindset ook anders kunnen beïnvloeden door te roepen dat het ‘niet een makkelijke bal was’. De speler onthoudt uiteindelijk ‘makkelijk’ en zal de volgende keer harder werken om de bal wel goed te spelen. Het woord niet hoef je dus niet helemaal niet meer te gebruiken, maar gebruikt het niet om dingen te benoemen die je niet wil zien. Benoem dus vooral wat spelers wél moeten doen.