jose1
Jose vertelt in de nieuwe ‘De acht van Albatros’ over haar verliefdheid op een teamgenoot en over het hoogte punt als speelster van een jeugdselectieteam bij een internationaal toernooi! De speelster van Dames 2 is begonnen bij de mini’s in 1987 en heeft de club nooit verlaten. Over Valentijn, de angst voor Wendy en nog veel meer.

1) Welke wedstrijden herinner jij nog?
“Het jeugdweekend met Amsterdamse selectieteam waarmee we aan een internationaal toernooi van diverse Europese landen deelnamen. Dat is alweer een tijdje terug, maar deze wedstrijd heb ik als speelster toch wel als hoogte punt ervaren. En met vijf spelers in de 1e klasse in de bovenste helft eindigen, daar lag wat doorzettingsvermogen bij de teamleden. Daar ben ik ook erg trots op!”

2) In welke teams heb je gespeeld?
“2×2, 3×3, 4×4, aspiranten, jeugd, Amsterdamse jeugd, Noord-Hollands jeugd team, 1 & 2 klasse op alle posities die er zijn inmiddels.”

3) Welke teamgenoot zal je nooit vergeten?
“Wendy: toen ik van de jeugd naar de senioren ging was ik doodsbang voor haar! En zie nu mijn vaste slaapkamer maatje op volley weekenden.”

4) Welke trainer zal je altijd herinneren?
“Poeh: Randy door wat ik geleerd heb. Arno om te ervaren hoe het een geboren pessimist te zijn en Silvie vanwege de uitspraak van m’n naam (op z’n Frans).”

5) Hoe is de club veranderd de afgelopen jaren?
“Van informeel van wat formeler. Zaken worden door bepaalde mensen en commissies gedaan waar de helft geen weet van heeft denk ik. Ik ben via Rina bij de TC terecht gekomen.”

6) Welke bijzondere herinneringen heb je aan de oude Verheijhal?
“Eerste verliefdheid op teamgenootje, was in mijn ogen de leukste jongen op aarde… Jaren later nog met rode blossen op m’n wangen niet aan hem durven te zeggen. Het is en blijft m’n anonieme Valentijn. Sowieso waren alle jeugdwedstrijden in de Verheij leuk. We mengden altijd met andere teams en gingen dan aansluitend naar de film of stappen met een aantal uit diverse clubteams.”

7) Heb je ooit gedacht aan stoppen bij Albatros?
“Ik ben gevraagd om bij Xenon te komen. Tja m’n zus ging daar heen. En of ik dan ook niet wilde. Dat heb ik niet gedaan.”

8) Kun je nog zonder volleybal?
“Het spelletje is onderdeel van m’n leven. Ik weet niet beter of maandag ben ik in de hal te vinden. Ik zou ontwenningsverschijnselen krijgen als dit niet meer zou zijn.”

Meer uit de rubriek: ‘De acht van Albatros’