jan-2007
Hij kan zeker twee dagen lang zonder volleybal. “Dat is geen enkel probleem”, aldus de voorzitter. Jan is dé Albatrosman. Sinds 1983 speelt hij al bij de club en vervult hij tal van functies naast zijn voorzitterschap: “Training geven aan de jeugd, fluiten (met ‘heul’ veel publiek voor Amsterdamse begrippen), aanvoerdertje over mijn team spelen, technische commissie heren. En nog wat volleybalfuncties buiten de club.” Zo is hij is jeugdcompetitieleider van Amsterdam. In het Albatros Clubblad beschreef Jan de vereniging ooit als: “Dé volleybalvereniging in Amsterdam-Oost/Watergraafsmeer en Zeeburg.”Tweede klasse
Als invaller speelde hij ooit nog wel eens tweede klasse, verder is het vooral vijfde en zesde klasse. Zijn duik op 4 oktober was dan ook groot nieuws. Dat gebeurt slechts één keer in de vijftig jaar. Jan was erbij toen de Jeugdcommissie 100 leden binnen haalde, greep  in toen de Verheijhal dreigde te overstromen en kegelt met zijn onderhandse service bij voorkeur hele teams omver. Smashen kan Jan ook, hij is de man (1 en 2).

Voorzitter
Als voorzitter smashte de ICT-er persoonlijk de plannen van tafel om van de Amsterdamse competitie een jaarcompetitie te maken. Zijn rol als voorzitter speelt zich dan ook voornamelijk buiten de club af. “Binnen de club stelt het niet zoveel voor. Buiten de club moet je wel eens opkomen voor de belangen van de club, van alle Amsterdamse clubs of bijvoorbeeld van de Amsterdamse jeugdvolleyballers.” Naast de wedstrijdorganisatie bij de jeugd geeft hij samen met Rik ook training. “Bij gebrek aan vrouw en kinderen is het geven van training aan jeugdige volleyballers een leuk substituut.” Een update over het voorzitterschap van Albatros volgt tijdens de ALV van twee september.

Dit artikel maakt deel uit van de serie: ‘Wat doet een…?‘. Over leden die door hun inzet extra belangrijk zijn voor de vereniging.

Meer berichten van de serie ‘Wat doet een…?’